Gezonde Dieren
BLOG VOOR DIERENARTSEN
BLOG VOOR DIERENARTSEN
Recent werden er vijf gespeende konijnen aangeleverd voor autopsie. Een exacte anamnese ontbrak. Onderzoek bracht aan het licht dat de dieren naar alle waarschijnlijkheid gestorven waren ten gevolge van mucoïde enteropathie.
Bij twee van de vijf konijnen was er segmenteel slijmerige tot gelatineuze inhoud in de dunne darmen (foto 1, 2 en 3). De caecuminhoud had een ingedroogd aspect. In de einddarm was er geen eindmest meer terug te vinden.
Foto 1: Gelatineuze inhoud in de dunne darmen
Foto 2: Slijmerige inhoud in de dunne darmen
Foto 3: Slijmprop aanwezig in het lumen van het ileum
De diagnose werd gesteld door uitsluiting van andere infectieuze agentia.
Het parasitologisch onderzoek bleek negatief en er werd een niet-pathogene E. coli geïsoleerd uit het caecum. Bij cytologisch onderzoek van de darmwand werd bij twee dieren een massaal aantal Clostridium spiroforme gezien.
Door de afwezigheid van andere infectieuze oorzaken en het macroscopsich beeld, kan men hier spreken van mucoïde enteropathie.
De exacte etiologie van mucoïde enteropathie is ongekend. Verschillende oorzaken worden beschreven in de literatuur zoals stress, voeder met een lage concentratie vezels en een hoge concentratie koolhydraten, darmpathogenen, enz. Clostridium spiroforme wordt dikwijls, maar niet altijd, teruggevonden bij aangetaste dieren en wordt eerder als secundair beschouwd.
Bij dieren met mucoïde enteropathie wordt een caecale dysbiose waargenomen. De normaal aanwezige flora is zo goed als niet meer aanwezig en er is een sterke stijging in coliforme bacteriën. Dit zorgt voor impactie van de caecale inhoud en overvloedige mucusproductie.
De konijnen worden lusteloos, anorectisch en er is een toegenomen wateropname. Typisch bij deze aandoening is de sterk opgezwollen buik. Bij manipulatie maakt de buik een klotsend geluid. In het begin kan er diarree te zien zijn, er is aanwezigheid van mucus, vaak in grote hoeveelheden. In een later stadium worden geen faeces meer geproduceerd.
Gespeende konijnen zijn het meest gevoelig. Dit zou te wijten zijn aan de voederveranderingen en de microbiële instabiliteit bij jonge dieren, waardoor sneller een overgroei kan plaatsvinden. Mucoïde enteropathie wordt echter ook af en toe gezien bij volwassen dieren, waarbij stress wordt beschreven als oorzakelijke factor.
Er worden sterftepercentages van 20-30% beschreven, die zelfs kunnen oplopen tot 60%.
Auteur: Emily Rolly